Zoals u weet heeft de GDPR het businessmodel van online platform aanbieders er niet saaier op gemaakt. Het begon met Max Schrems en levert nu al 9 jaar een intrigerende juridische schaakpartij op. We mogen Meta in dit opzicht dankbaar zijn. Maar het inspireert niet tot het plaatsen van grote hoeveelheden persoonsgegevens op facebook of Instagram.
In april publiceerde de Europese Toezichthouder voor Gegevensbescherming (hierna ‘EDPB’) haar opinie over ‘consent or pay’ modellen van grote online (media) platforms. De opinie komt in reactie op de vragen van een aantal Europese privacy waakhonden, waaronder onze eigen AP. De vraag aan de EDPB was of de acceptatie van zo’n model door een gebruiker kan worden gezien als ‘vrijelijk gegeven toestemming’ zoals gedefinieerd in de AVG. Dat begrip was al eens nader toegelicht in een eerdere opinie van de EDPB.
Indirecte aanleiding was een recente ‘slag’ in de Meta saga, waarbij het Europese Hof van Justitie (“HvJEU”) in juli 2023 een antwoord gaf op prejudiciële vragen die draaiden rond het gebruik van algemene voorwaarden van Meta als basis voor toestemming (om persoongegevens te verwerken). Dat arrest (Meta/Bundeskartellamt) consent. Spoiler: nee, dat kan niet zomaar.
Meta introduceerde in november 2023 haar ‘consent or pay’ model. Dat biedt een facebook abonnement zonder gegevensverwerking voor een tientje per maand. Betaal je niet, dan accepteer je de gegevensverwerking. Ik zag die aanbieding langskomen maar ik – toch redelijk privacy bewust – dacht ‘dank je de koekoek, dat is 120 EUR per jaar voor 1 platform’. Het gaf dus niet gelijk een gevoel van keuzevrijheid. Maar met het çonsent or pay model glipte Meta wel mooi langs de overweging of de acceptatie van de algemene voorwaarden haar business model rechtvaardigt. De EDPB moest er dus wel wat van vinden.
Bij de presentatie van de meest recente opinie zei de EDPB voorzitter;
“Online platforms moeten gebruikers een echte keuze geven bij het gebruik van ‘consent or pay’-modellen. De modellen die we tegenwoordig hebben, vereisen meestal dat individuen al hun gegevens weggeven of betalen. Als gevolg hiervan stemmen de meeste gebruikers in met de verwerking om een dienst te gebruiken en begrijpen ze de volledige implicaties van hun keuzes niet.”
Dus u begrijpt wel welke kant de wind hier opwaait.
Consent or pay voldoet waarschijnlijk niet aan de AVG
De opinie constateert dat ‘consent or pay’ modellen in de meeste gevallen waarschijnlijk niet voldoen aan de AVG omdat gebruikers hierin geen ‘vrijelijke keuze’ hebben. Het begrip ‘vrijelijke keuze’ is beladen in de AVG en betekent dat het individu geen nadelige gevolgen van diens keuze mag ondervinden. De heersende opinie is dat een keuze tussen wél of géén dienstverlening botst met de keuzevrijheid; het niet ontvangen van een dienst is immers een nadelig gevolg.
In haar opinie stelt het EDPB dat (grote) online platforms hun gebruikers een “gelijkwaardig alternatief” moeten bieden dat geen betaling vereist en geen gedragsadvertenties bevat. Dat is een hele aardige reactie op het ‘consent or pay’ model van Meta, want het EDPB omzeilt hiermee de vraag of de bescherming van persoonsgegevens wel te koop zou zijn voor een kleiner prijsje. Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat we nu nog een decennium gaan procederen over de juiste tariefstelling.
Kunnen u en ik binnenkort reclamevrij op ons favoriete social platform? Vast niet. De EDPB gaat nu eerst met de industrie in gesprek over de consequenties en vervolgstappen van deze opinie. Daar komt nog een vervolg op. Feit is dat ook bij Meta de schoorsteen moet roken. Mijn opvoedkundige advies is om uw kinderen ondertussen zover mogelijk van online platforms te houden. Het is nog even zomer.